Blog

Blog

Ik vind het leuk en fijn om mijn hersenspinsels over van alles en nog wat op papier te zetten. De afgelopen jaren heb ik verschillende blogs geschreven over verschillende onderwerpen. Ga mee in mijn wereld en laat een reactie achter! Dat zou ik namelijk heel leuk vinden.

door Daniëlle Ter Horst 09 jun., 2022
Mocht je de andere delen nog niet hebben gelezen? Doe dit eerst even, anders is het misschien een warrig verhaal ;-) Klik hier . Eenmaal in het revalidatiecentrum kon het grote herstellen beginnen. Zo makkelijk ging het allemaal niet want toen ze daar binnen werd gebracht kon ze enigszins een klein beetje zitten. Ook woog ze 45 kilo, dus je zag echt een hoopje botten in een bed liggen. Er werden allerlei therapeuten aan haar gekoppeld en ik weet serieus echt niet alles meer. Ze kreeg in ieder geval fysio, maatschappelijk werk (wilde ze niks van weten) en ergotherapie. Het was bijzonder om te zien hoe trots ze was als ze weer iets nieuws had geleerd. Langzaam maar zeker kon ze wat stapjes zetten met een rollator en zat ze eigenlijk 24/7 in een rolstoel in plaats van liggend op bed. Ze kwam ook de nodige kilo’s aan om weer wat body te krijgen. Helaas sloeg zij hier echter wel in door, maar dat was pas in een later stadium. Ik dacht echt dat als zij in dit tempo door zou gaan dat ze weer helemaal de oude zou worden. En stiekem hoopte ik dit heel erg want haar neuroloog was niet echt een inlevend persoon en gaf al vrij snel aan dat mama waarschijnlijk alleen een paar kleine stapjes kan zetten met een rollator en dat het verder niks zou worden. Dit is een klap in je gezicht als je dat hoort, maar ik wilde het dus ook niet geloven. Terugkijkend snap ik dat ze dit heeft gezegd, maar iets van een cursus empathie kan ze wel gebruiken. Bijna elke dag ging ik bij mama langs. Of ik ging met mijn familie samen, of ik ging alleen. Ik had op dat moment ook mijn rijbewijs gehaald dus ik was niet meer zo afhankelijk van iemand anders. Maar als ik zo terugdenk dan is het wel een uitputtingsslag geweest. Het was niet om de hoek zeg maar. Niet alleen het heen en weer rijden kostte energie. Wij moesten af en toe ook meedoen met de therapieën. Mama zou namelijk af en toe naar huis mogen, gewoon als een bezoek zeg maar. Wij moesten als gezin dus bijvoorbeeld leren om haar op een wc te zetten en haar daarna te helpen als ze klaar was. Dit is echt hetgeen wat mij het meest is bijgebleven. Vooral omdat mijn moeder nogal veel ongelukjes had in die tijd. Dan stond je dus je moeder af te vegen/ te wassen, iets wat je niet hoort te doen op je 18 e zeg maar. Maar je deed het, want het kon niet anders. Je kon het ook niet over je hart verkrijgen om haar niet naar haar eigen huis te laten gaan. Maar het zorgde bij voor stress, heel veel stress… Elke keer als er weer een bezoek of een uitje gepland stond dan had ik hier dagen van tevoren al last van. Ik was niet leuk naar mijn omgeving toe omdat ik zo ontzettend veel druk voelde. Ik wilde dat mijn moeder het leuk had en dat alles goed zou verlopen. Nu was zij natuurlijk ook niet de makkelijkste in de omgang en ik liep eigenlijk continu op mijn tenen als ik bij haar was. Wat ik ook deed, het was nooit goed en ze had altijd wel iets aan te merken. Kon zij hier iets aan doen? Nee, want haar rechterhersenhelft was driekwart afgestorven door het infarct. Kon ik hiermee omgaan? Nee, want ik was te jong om dit te beseffen en zelfs nu kan ik nog boos worden om dingen die zij toentertijd tegen mij zei. Daar zijn wij denk ik ook kinderen voor om af en toe boos te zijn op je ouders. Na een uitje, verjaardag of een bezoekje bij de familie was ik helemaal gesloopt en moest ik eigenlijk een week bijkomen bij wijze van spreken. Ik had alleen een hele andere tactiek: veel eten, veel drank, veel sigaretten, veel afspreken met mensen en doorgaan! Niet stil blijven staan, gewoon afleiding zoeken. Dit werkte op dat moment het beste voor mij. Liet ik mijn gevoel zien? Nee, want dat was niet nodig in mijn beleving. Ik liet wel even zien dat deze volwassen 18-jarige vrouw voor haar moeder kon zorgen en zelf een leven kon opbouwen. Maar natuurlijk werkte dit averechts. Zoals ik eerder benoemde was ik niet echt een leuk persoon naar mijn omgeving toe. Ik had in die tijd een vriendje en die moest het altijd ontgelden. Ik kreeg toen ook last van mijn eerste paniekaanvallen en nu weet ik dat dit een symptoom is van je lichaam die letterlijk zegt: Ga eens even stilstaan en voelen! Maar zelfs dat wilde ik graag medisch verklaren en natuurlijk kwam daar niks uit. De chaos werd compleet door het huis waar ik in kwam te wonen. Ons ouderlijk huis werd verkocht omdat mama niet meer in dat huis zou kunnen wonen. Dit was voor haar natuurlijk heel erg verdrietig en ze snapte er eigenlijk niks van want wij konden toch voor haar zorgen? Zij had voor ons gezorgd dus nu moesten de rollen omgedraaid worden. Zeg dan maar eens “nee mama, dat kunnen wij niet”. Dit was ook nog de periode dat ze heel veel huilde dus de tranen vloeiden rijkelijk. Zij zou naar een verzorgingstehuis gaan en ik zou een huis toegewezen kregen. Niet zomaar een huis, een eengezinswoning met 3 slaapkamers en een mega grote tuin. Wie kan dit zeggen op haar toen inmiddels 19 jaar?! Dit huis is letterlijk altijd een bende geweest. Ik heb even geen idee meer hoe lang ik daar heb gewoond. Maar er was altijd zooi, de tuin was 1 grote puinhoop, de afwas stond er dagen en de rekeningen lagen op de schouw te verstoffen. Zocht ik toen hulp? Mogen jullie raden… Liefs, Daan
door Daniëlle Ter Horst 12 mrt., 2022
Voor het hele verhaal is het handig om eerst de andere delen te lezen, doe dit hier . Na een aantal weken ziekenhuis was het tijd voor de volgende stap. Ik had een soort hoop in mijn hoofd dat zij naar huis mocht, maar ik wist natuurlijk ook wel dat dit nooit ging lukken. Mama moest echt alles opnieuw leren en dat kon thuis gewoon niet. Er werd dan ook besloten om haar in een revalidatiecentrum te plaatsen. Daar zouden ze de tools hebben om haar weer zo goed mogelijk op de been te krijgen, letterlijk overigens! Want lopen kon ze echt nog niet en het zitten in een rolstoel met allerlei ondersteuning was al een hele opgave. Ze werd dan ook per ambulance naar dat centrum vervoerd en wie had de eer om mee te gaan? Juist! Ik! Een 17-jarig meisje die als de dood was voor de dood en voor haar nieuwe moeder. Maar ook iemand die de eerste keer niet meewilde in de ambulance omdat ze bang was dat ze daar haar moeder zou verliezen. Ik ging dus eigenlijk een trauma in de ogen kijken die ik niet aan wilde kijken, maar het moest. Mama was overigens prima te pas en die was lekker haar eigen kinderlijke zelf. Hier een paar anekdotes van in de ambulance: · “Wat zit er in dat laatje? Doe open!” Ondertussen maaiend met haar armen om er zelf maar bij te kunnen. · “Pak dat apparaat eens, ik wil het vasthouden”. Dit was een defibrillator en no way dat ik deze voor haar ging pakken. Ik vond dit ook nog een trauma ding omdat dit apparaat een tijdje naast mama haar bed heeft gestaan. · “Wat is dit?” trekkend aan een slang waarvan ik ook niet meer weet wat het was. · “Daniëlle, doe niet zo flauw, je kunt best even *noem een random item* aangeven”. Vaak kwam er dan nog iets achteraan in de trant van: “Ik heb jou ook altijd alles gegeven en heb ook altijd voor jou gezorgd”. Yes, I know, heftige uitspraken voor een kind van 17, hence het schuldgevoel wat ik jarenlang heb meegedragen. De verpleegkundigen voorin de ambulance moesten eigenlijk alleen maar lachen en op dat moment vond ik dat heel naar. Zij zagen mij struggelen, maar deden niks voor mijn gevoel. Nu snap ik het wel, het moet hilarisch zijn geweest. Ik was toen ook wel van de platte humor dus vaak knalde ik er ook wel een slecht antwoord uit tegen mama. Nu weet ik dat dit mijn manier was om er mee om te gaan en het was eigenlijk super verdrietig. Ik ging mijn moeder afzetten bij een revalidatiecentrum, waar ze waarschijnlijk heel lang zou moeten blijven. Voorlopig zou zij niet thuiskomen en kon zij niet meer voor mij zorgen. Ik denk dat ik toen het besef ook wel kreeg dat ik echt voor mezelf moest gaan zorgen en dat niemand anders dat zou gaan doen. Maar weet je wel hoe dit moet als 17-jarige? Tijdens mijn opleiding tot verlies- en rouwtherapeut hadden wij het over rouw bij jongeren en hoe weinig wij eigenlijk weten hoe jongeren rouwen. 1 ding is zeker: er moet een volwassene opstaan om naar die puber om te kijken. Als 1 ouder komt te overlijden is het de andere ouder die er nog voor het kind is, maar wat als de andere ouder er niet meer is? Wie doet het dan? Ik weet nog dat ik tijdens die lesdag mijn hand opstak en deze kwestie voorlegde aan de docent en zij letterlijk zei: “Dan moet een andere volwassene die taak op zich nemen” en ze ging door met de les. Ik bleef achter in een soort verdriet die ik niet kan omschrijven. Bij mij kwam de realisatie dat ik niet zo’n persoon had. Natuurlijk was er mijn oudere broer, maar dit was niet zijn taak en dat heb ik altijd zo gezien. Wij delen het verhaal en zitten in hetzelfde schuitje en hij hoefde niet voor mij te gaan “zorgen”. Ik had verder ook geen naaste familie en dat is overigens weer een heel ander verhaal wat natuurlijk van belang is, maar ik nu even achterwege wil laten. Ik merk aan mezelf dat ik er best wel weer verdrietig van word als ik dit zo neerzet. Ik heb een hele levensloop moeten schrijven voor de opleiding en dat zorgde al voor de nodige flashbacks en onverwerkt verdriet. Maar die hele levensloop was voor deze les al af. Dit was ook de les met de befaamde knuffel die ik herkende vanuit mijn kindertijd. Hier heb ik een hele post op Instagram aan gewijd. In mijn levensloop heb ik veel minder ingezoomd op het stuk verdriet van eenzaamheid, want dat was/is het. Je kunt de steun krijgen van alle lieve mensen om je heen, maar uiteindelijk ga jij, in dit geval ik, alleen door dit proces heen. Tijdens die les was die knuffel iets herkenbaars en ik klampte daar met alles in mij aan vast omdat het even mijn gevoel van eenzaamheid verdreef. Maar op het moment in de ambulance heb je dat als puber helemaal niet door dat je je eenzaam voelt en roep je stiekem eigenlijk: “help mij!” en misschien had ik die hulp ook wel nodig. Ik heb al eens eerder vermeld dat ik toen te eigenwijs was om hulp aan te nemen, maar misschien met enige dwang dat ik het wel had geaccepteerd. Dit is altijd achteraf gezwam, je weet het gewoon niet. Als ik dit, dan was er misschien wel dat gebeurd. Dit is nu eenmaal mijn verhaal en dit kan ik niet veranderen.
door Daniëlle Ter Horst 19 dec., 2021
Gisteravond was gewoon weird toen ik bij mama was. Ze had zoveel pijn en was ook best wel benauwd. Ze riep maar dat ze dit niet wilde en ik bleef maar zeggen dat ze gewoon even lekker moest gaan slapen. Maar eigenlijk werd ze daar weer boos van want ja, probeer jij maar eens te slapen met zoveel pijn! Ok mam, ik ga wel even naar de verpleging om te vragen of je misschien wat meer morfine mag. Na drie keer vragen gingen ze eindelijk overstag. Zij vonden het ook wel bijzonder dat ze na een flinke dosis morfine en een slaapmiddel nog niet lag te tukken. Dus onder toeziend oog van mij werd er nog een dosis morfine toegediend. Mama kreunde, het schijnt niet zo heel fijn te zijn namelijk. “Wat is het ergste wat er kan gebeuren met een extra dosis morfine?” vroeg ik. “Ze kan eraan overlijden” zei de lieve verpleegster. “Ik denk niet dat dit erg is” zei ik. Op dat moment deed mama haar ogen open en keek mij met grote ogen aan….oeps…. Na een woelige nacht in bed ging ik de 19 e gewoon weer naar mijn werk. Ik had nog zat nakijkwerk, maar moest ook gewoon lesgeven. Ik had een tussenuur en werd gebeld door mijn broer die weer gebeld was door het verzorgingstehuis. Mama ging ineens heel erg achteruit. Ze was super benauwd ondanks een hoge dosis morfine. Ook was ze al blauw om de mond. We spraken af dat hij en zijn vrouw er heen zouden gaan en mij op de hoogte zouden houden. We hebben dit soort berichten zo vaak gehad dus zochten er nog niet echt veel achter. Hij was toevallig thuis en kon makkelijker naar haar toe. Toch was ik wel onrustig en besloot ik om naar mijn teamleider te gaan en mijn lessen eruit te halen. Ik ging in de tussentijd wel gewoon nakijken en als mijn broer zou aangeven dat ik moest komen dan zou ik in de auto springen. Als ik naar huis zou gaan zou ik verder weg van mama zijn ook, dus het leek mij beter om op mijn werk te blijven. Ik had natuurlijk naar mama kunnen gaan, maar ik heb altijd gezegd dat ik er niet bij wilde zijn als zij kwam te overlijden. Ik weet niet zo goed waarom ik di wilde, maar ik heb het altijd zo ervaren en tot op de dag van vandaag heb ik hier geen spijt van. Wist ik dan dat ze die ochtend er niet meer zou zijn? Ik denk dat ik hier onbewust rekening mee heb gehouden na die avond daarvoor. Ik kreeg al vrij snel te horen dat mama er eigenlijk best ok bijlag en dat het op zich niet nodig was dat ik daarheen zou gaan, tenzij ik dit natuurlijk zelf wilde. Of course lag ze er weer goed bij! Dit was de story of her life! Hoe lang gaat dit nog door?! Nou, niet lang kan ik je vertellen. Het was 2 uur later en ik zat pauze te houden in de docentenkamer. Ik zat lekker te kletsen met collega’s toen mijn broer appte: kun je even bellen? Ik zocht hier niet veel achter want waarschijnlijk moesten we iets overleggen over het verhogen van de morfine of iets dergelijks. Ik liep naar boven naar mijn lokaal, waar ik altijd lesgaf en waar ik nu eigenlijk ook les had moeten geven. Ik stond bij het raam en keek naar buiten terwijl ik mijn broer belde. Hij gaf aan dat het gebeurd was en dat mama was overleden. Ik weet nog dat ik heel koel reageerde in de trant van dat het heel snel was gegaan uiteindelijk. We spraken kort want ik moest gewoon daarheen. Ik hing op, draaide mij om, liep het lokaal uit en keek recht in het gezicht van een collega die in het lokaal naast mij stond les te geven. Zij had het gelijk door en stormde haar lokaal uit. 4 mavo volledig verbaasd achterlatend. We liepen samen onze werkruimte in waar nog 3 andere collega’s zaten en ik begon te huilen. “Het is er gebeurd! Ik heb geen moeder meer!” Op dat moment kwam ik in een group hug terecht wat echt heel troostend was op dat moment. Na deze hug besloot ik ook nog even langs mijn teamleider te lopen en het nieuws te melden. Ook door haar werd ik geknuffeld en ik ging volledig verdoofd de auto in, op naar mama… In de auto belde ik 1 van mijn beste vriendinnetjes om haar vast op de hoogte te brengen. De rest kwam later wel want dat gesprek duurde het hele ritje naar het verpleegtehuis. Ik was bloed zenuwachtig toen ik de auto uitstapte, wat kon ik verwachten? Hoe lag ze erbij? Misschien is het gewoon allemaal een geintje en kom ik daar binnen en ligt ze helemaal dubbel van het lachen! “Surprise! Ik heb je 14 jaar voor de gek gehouden! Ik ben helemaal niet ziek! Ik ga ook al helemaal niet dood! Het was puur om te kijken als test hoe jij zou reageren”. Gek dat je zoiets op dat moment echt hoopt. Met lood in mijn schoenen liep ik het tehuis in waar ik als eerste de moeder van 1 van mijn andere beste vriendinnetjes zag. Zij werkt daar achter de balie en natuurlijk had zij het al gehoord. Ze kwam op mij af en gaf mij een knuffel zoals een moeder dat hoort te doen. Ook hier weer het besef; ik krijg deze nooit meer van mijn eigen moeder. Ik bleef hartstikke koel? Ik liet wel een traantje, maar ik liet het niet lopen. Dit heb ik eigenlijk de gehele dag volgehouden, alsof ik een soort lamgeslagen was. Ik was eigenlijk ook best wel opgelucht dat het nu voorbij was. Het voelde ook als een soort bevrijding, wat ook weer een schuldgevoel opleverde. Toch fijn dat ik nu weet dat dit allemaal hartstikke normaal is in een rouwproces. Waar een opleiding al niet goed voor is ;-) Mijn broer en zijn vrouw kwamen aanlopen, we condoleerden elkaar en liepen naar de kamer van mama. Eenmaal binnen kwam ik tot de conclusie dat ze er heel erg mooi bijlag. Haar rimpels waren verdwenen, ze had een soort contente glimlach op haar gezicht en het knuffeltje, wat ze had gehad van mijn nichtje, had ze vast in haar handen. Ik kwam gelijk in een soort van actie want er moesten kleren uitgezocht worden waarin ze opgebaard zou worden. Dit was eigenlijk binnen 5 minuten gebeurd want mijn moeder had niet zo heel veel kleiding meer. Ze was de afgelopen jaren zo fors geworden en ze had zo’n kleine kast dat we veel hebben weg gegooid toen ze het jaar daarvoor was verhuisd naar een andere afdeling. We besloten ook dat we niet wilden helpen met het afleggen van mama. Dus eigenlijk konden we gaan omdat we niet zo heel veel meer te zoeken hadden daar. Dit klinkt echt super cru, dat besef ik mij echt wel, maar ik had nog steeds niet de behoefte om aan dat bed te gaan zitten. We besloten naar mijn broers huis te gaan om daar maar vast te gaan overleggen wat we precies wilde qua uitvaart. De man van de Monuta zou pas de volgende dag langskomen dus we konden nu vast wat voorwerk doen. Ik kan mij verder niet zo heel veel herinneren van deze middag. Ik heb natuurlijk mijn andere beste vriendinnetjes op de hoogte gebracht en ik besloot ’s avonds om even met 2 van hen samen te komen om gewoon…tsja…wat eigenlijk? Ik wist het ook niet. Na het eten reed ik terug naar mijn woonplaats waar ik 1 van de dames op zou halen om vervolgens door te gaan naar de ander. Ik had lekker een muziekje op en was een beetje in mijn hoofd aan het herhalen wat ik die dag meegemaakt had. Maar ineens, uit het niets, had ik het gevoel dat er iemand naast mij zat in de auto. Mijn hand, die op de versnellingspook lag, werd ineens heel koud en ik had het gevoel dat er een hand op die van mij werd gelegd. Op dat moment brak ik want ik had sterk het idee dat mama naast mij in de auto zat. Nu kun je hier van alles van denken en mij uitlachen tot en met, maar voor mij voelde dit zo bevrijdend omdat ik op dat moment heel hard kon huilen. Het voelde ook alsof mama mij wilde geruststellen dat het allemaal wel goed zou komen. Die aanraking had ik in jaren niet van haar gehad en nu ze dood was leek ze er ineens te zijn. Noem het spiritueel, noem het coping, noem het zingeving, noem het super gek, maar ik ben tot op de dag van vandaag 100% zeker dat dit gebeurd is. Ik werd daardoor eigenlijk best rustig waardoor de avond best gezellig was met de dames. We hebben over van alles gepraat en het voelde als mooie afleiding. Maar ja, dan kom je daarna thuis in een leeg huis… Ik denk dat eenzaamheid hier het beste woord voor is. Ik had natuurlijk geen partner om dit te delen en mijn kat dacht waarschijnlijk alleen maar: “Hèhè! Daar is ze eindelijk! Give me food human!”. Terugdenkend aan deze tijd merk ik dat ik plaatsvervangend verdrietig word voor mezelf. Een rouwproces is eigenlijk ook ontzettend eenzaam want iedereen doet dit op een andere manier. Maar om echt alleen thuis te komen en je te realiseren dat je geen ouders meer hebt om dingen mee te delen is gewoon hartverscheurend. De nacht was dan ook verschrikkelijk. Ik wilde net zoals vroeger als ik verdrietig was bij mijn moeder in bed kruipen en daar lekker gaan slapen. Ik wilde een arm om mij heen want ik voelde mij zo ontzettend alleen, het rijmt ook nog…bah! 19 december 2017, de dag dat jij je laatste adem uitblies. Ik mis je mam… maar we weten: het is goed zo. Liefs, Je liefhebbende dochter Daniëlleke
door Daniëlle Ter Horst 07 nov., 2021
Na een paar dagen kwam mama gelukkig (zie wel!) uit haar sub coma. Ze bleek naast het herseninfarct een hartritmestoornis te hebben en die konden ze met medicijnen weer stabiliseren alleen was het even zoeken naar de goeie verhoudingen. Naast al deze klachten bleek haar schildklier te snel te werken. In de maanden voor het infarct was mama ook ontzettend veel afgevallen en eigenlijk had ze ook allerlei vage klachten waarvan zij dacht dat het gewoon stress was. Wij hebben haar een paar keer aangegeven dat ze naar de dokter moest omdat het eigenlijk de spuigaten uitliep. Ze durfde bijvoorbeeld niet meer alleen naar de supermarkt omdat ze dan met hardkloppingen door de winkel liep. Dus wie was er altijd de Sjaak om mee te gaan? Juist! Ik! Irritant vond ik dat! Ook vond ze het lastig om alleen thuis te zijn. Alsof ze voelde dat er iets ging gebeuren. Nu kan ik een heel ‘wat als’ betoog gaan starten. Maar ik denk wel dat als zij net iets eerder naar de dokter was gegaan dat de schildklier en hartritmestoornis wel waren ontdekt. Zou het infarct dan niet hebben plaatsgevonden? Wie weet! Maar ik begreep dat het hoe dan ook wel was gebeurd, al dan wel niet op een latere leeftijd. Naast al deze lichamelijke klachten waren er ook echt wel psychische klachten die meespeelden. Zo was er een onverwerkt rouwproces die haar echt zo ontzettend in de weg zat. Maar in dit blog hou ik het even bij het CVA.
door Daniëlle Ter Horst 23 okt., 2021
Na een aantal dagen mocht mama van de IC af en ging ze naar de CVA unit. Op die afdeling waren ze gespecialiseerd in het behandelen en verzorgen van mensen die een herseninfarct hebben gehad. Het was bizar om daar te zijn omdat mijn moeder gewoon echt jong was en dat was voor de meeste verplegers ook nieuw. Maar ze zou daar gaan aansterken en beginnen met revalideren. Ik was al iets geruster gesteld en durfde nu wel meer naast haar bed te zitten omdat het kritieke er in mijn beleving af was. Ondertussen viel het ons wel op dat mama nogal zwaar ademde en dat haar hartslag nogal omhoog en omlaag schoot. Maar het ging echt van 80 naar 150 uit het niets. Dit was op de intensive care ook al zo en daarom was ze nog aangesloten op een hartmonitor die in verbinding stond met de IC. Dit was puur om haar nog in de gaten te houden. Ik vond dit een heel fijn idee omdat ik toch nog een soort onderbuikgevoel had dat er iets zou gaan gebeuren. Boy was I right… Ze lag nog geen dag op de CVA-afdeling en toen ging het weer mis. Ik had besloten om weer niet mee te gaan naar het bezoekuur. Ik vond het allemaal zo lastig en ik wilde gewoon even voor de televisie hangen. Yes, ik bleef die rare en onhandige puber die haar angsten niet echt onder ogen wilde komen. Ik vond dat ik er al vaak zat was en mocht best een keertje weer thuisblijven. Mijn broer was wel gegaan en op het moment dat hij terugreed van het ziekenhuis kreeg ik een telefoontje. Of wij zo snel mogelijk weer naar het ziekenhuis wilde komen want ze hadden net onze moeder moeten reanimeren en ze was weer teruggebracht naar de IC. Ik zei dat we er gelijk aan zouden komen. Ik hing op en ben als een kip zonder kop naar buiten en alsof het lot ermee speelde kwam op dat moment mijn broer al aanrijden. Hij stapte uit en ik gaf aan dat hij weer de auto in moest. Hij begreep er niet zo heel veel van want hij kwam notabene net bij haar vandaan, dus hoe kan dit? Ik had ook geen idee, maar de verpleging klonk nogal bezorgd dus we moeten nu terug. Mijn adrenaline levels waren weer sky high en op dat moment dacht ik er wel aan om in ieder geval mijn sigaretten mee te nemen. We besloten ook om oma maar weer op te halen want als het echt zo ernstig klonk allemaal dan kun je maar beter het zekere voor het onzekere nemen. Ondertussen maakte mijn hoofd overuren. Als ze moeten reanimeren dan was ze toch eigenlijk al dood? Hoe ligt zij er dan nu bij? Wat als het nog een keer gebeurt? Hebben haar hersenen dan nu ook weer een optater gehad? En haar hart? Wat is daarmee aan de hand! Allemaal vragen die ik op dat moment niet kon beantwoorden maar waar mijn puberbrein wil heel erg mee bezig was. Nog steeds liet ik mijn tranen niet zien. Ik moet sterk zijn! Want als ik dat doe dan komt het allemaal goed. Eenmaal in het ziekenhuis lag mama er eigenlijk heel rustig bij. Maar dat was ook logisch, doordat ze haar hebben moeten reanimeren is ze in subcoma terecht gekomen. Eigenlijk hield dit in dat ze niet meer reageerde op pijnprikkels. Ze moest hier binnen zeven dagen uitkomen anders zou deze toestand wel eens blijvend kunnen zijn. Eigenlijk moesten we gewoon afwachten wat er ging gebeuren. Weer ging ik uren doorbrengen in het kamertje met de tikkende klok want ik wilde zo min mogelijk aan mijn moeders bed zitten. Mijn angst was weer volop aanwezig want het was weer kritiek. Ook stond het shockapparaat waarmee mijn moeder is gereanimeerd gewoon nog klaar in haar kamer. Want het was ons ook duidelijk gemaakt dat dit eventueel weer kon gebeuren, dus de verpleging was erg alert. Elk belletje wat afging werd uitvoerig gecontroleerd. Ook werden wij goed in de gaten gehouden, iets wat ik toen strontvervelend vond, maar wat ik nu ontzettend goed begrijp. De verpleging kwam eigenlijk steeds bij mij kijken en even met mij praten. Er is één gesprek tussen mij en een verpleegster die ik mij heel goed kan herinneren. Een vrouwelijke verpleegster kwam het kamertje binnen, ook nog eens onder GTST, en die verplichte mij eigenlijk om bij mama te gaan kijken. Ik zei haar dat ik daar geen zin in had en dat ik gewoon rustig GTST wilde kijken. Ze begreep dat heel goed, maar ik zou er spijt van krijgen als ik nu niet zou gaan. Hoezo zou ik spijt krijgen? Het komt toch allemaal goed? Ik kan morgen toch nog wel bij haar gaan zitten? Waarom moet dit per se nu? Toen zei ze het volgende: “Omdat als je moeder vannacht weer gereanimeerd zou moeten worden het wel eens afgelopen zou kunnen zijn omdat ze heel zwak is op dit moment”. Op dat moment gaat er van alles door je heen. Maar ik wist zeker dat ze niet zou komen te overlijden, dat zou ze ons niet aandoen. Ik, eigenwijs zoals ik was, wilde nog steeds niet gaan, maar toch kon ik het niet laten om toch even te gaan kijken. Mijn broer en oma zaten al aan haar bed en oma was weer hele gesprekken met haar dochter aan het voeren. Alleen zei haar dochter niet zo heel veel terug. Toch vond ik het allemaal maar niks. Mijn eigen hartslag vloog volgens mij ook de pan uit en ik had echt een vluchtreactie. Maar ik kon mezelf natuurlijk niet laten kennen dus ben netjes bij haar aan het bed gaan zitten. Ik kon het weer vijf minuten volhouden en toen vond ik het wel weer best. Ik wist zeker dat ze hier uit zou komen. Toch waren die dagen echt heel slopend. Het was soms 3 keer op een dag naar het ziekenhuis heen en weer rijden. Ik had op dat moment geen rijbewijs dus ik was echt afhankelijk van mijn broer. Ondertussen probeerde ik mijn eigen leven ook gewoon te leiden en ik ging zelfs nog naar school. Ik deed de opleiding logopedie op dat moment en ik had tentamens. Er werd mij al gezegd dat ik het in een later stadium wel kon doen, maar ik was weer eens eigenwijs. Ik kan mij 1 tentamen nog herinneren en dat was er eentje over de hersenen. Toch even opscheppen… ik had zonder te leren een 7. Beetje jammer dat dit kwam doordat mijn moeder ernstig ziek was, maar hé! Ieder nadeel heeft zijn voordeel. Terugkijkend snap ik niet hoe ik dit allemaal heb kunnen doen. Wat een groot masker had ik opgezet en die heb ik ook zo ontzettend lang opgehouden. Ik word er verdrietig van als ik hieraan denk. Die verpleegster die toen met mij sprak had dit door, maar ik liet haar niet toe. Ik liet eigenlijk helemaal niemand toe en dat maakte het lastig om mij als persoon te helpen. Ik weet ook niet wat er was gebeurd als ik haar wel had toegelaten of als ik überhaupt eerder mensen had toegelaten. Daar gaan we ook nooit meer achter komen en op dat moment was dat de coping die ik had en die mij op de been hield. Dus zat ik eigenwijs een paar minuten naast mijn moeders bed om vervolgens weer het kamertje met de tikkende klok in te duiken. Elke dag was het spannend of mama nu al uit die subcoma was… Lees de volgende keer part 5 .
door Daniëlle Ter Horst 02 okt., 2021
Na een beroerde nacht werd ik wakker en het enige waar ik aan kon denken was dat wij naar oma moesten om te vertellen dat haar dochter doodziek is. Die ochtend zou mijn oma bouwvakkers in huis hebben dus zij was ook vroeg uit de veren. Wij besloten om het haar maar gelijk te vertellen want het leek ons goed dat zij zo snel mogelijk meeging naar het ziekenhuis. Eenmaal binnen snapte zij al niet zo goed waarom wij in hemelsnaam zo vroeg bij haar in huis stonden en ook nog met ons tweeën! Dit was iets wat normaal helemaal niet voorkwam want meestal was mama ook wel mee. We vroegen de bouwvakkers om ons even alleen te laten en oma om te gaan zitten. Mijn broer vertelde het nieuws en oma deed iets wat ze eigenlijk altijd deed als het moeilijk werd; ze reageerde niet. Dit was iets wat haar dochter, onze moeder, ook deed. Zodra het moeilijk wordt praten we gewoon niet, we lossen het wel op. Op dat moment kwam er een bouwvakker binnenlopen omdat hij daar echt even moest zijn. Oma stond op, liep naar hem toe, pakte hem bij de schouders en zei de volgende legendarische woorden: “Oooohhh mijn dochter heeft een zware hersenschudding”. Oftewel, ze begreep helemaal niet wat we hadden gezegd. Nu lachen we er om en toen stiekem ook wel een beetje. Maar we wisten dus dat ze het niet begreep en dat we haar maar mee moesten nemen naar het ziekenhuis. Heel eerlijk? Ik begreep er ook nog steeds heel weinig van. Ik had nog steeds het idee dat ik elk moment kon wakker worden uit een slechte nachtmerrie. Eenmaal in het ziekenhuis was er eigenlijk niet zo heel veel veranderd. Mama lag er nog steeds hetzelfde bij en was nog steeds haar kinderachtige zelf. Ik merkte aan mezelf dat ik het eng vond om bij haar te zitten. Ik was bang dat er elk moment iets zou kunnen gebeuren en dat zij dood zou gaan waar ik bij was. Oma daarentegen was de rust zelve en bleef naast het bed van haar dochter zitten. Waar ging ik dan heen? Ik zat in de welbekende familiekamer. Een klein kamertje op de ic waar de familie kan zitten als iemand in kritieke toestand ligt. Dat kamertje werd mijn veilige haven, ook al was er zo’n hele irritante tikkende klok. De tv stond standaard aan en het enige wat ik nog weet is dat ik Goede tijden, slechte tijden keek. Dit was overigens een ding wat ik samen met mijn moeder deed. We keken dit elke avond samen dus ik was niet van plan om dit op te geven. Maar waarom deed je dit dan niet op haar kamer samen met haar?! Omdat ik echt heel bang was. Straks zou het mijn schuld zijn als zij kwam te overlijden en dat wilde ik echt niet op mijn geweten hebben. Nu ik zelf de opleiding tot verlies- en rouwtherapeut doe weet ik dat deze gevoelens heel normaal zijn en vooral voor een puber. Maar toentertijd waren mijn adrenaline levels sky high en ik wilde mij veilig voelen en dat deed ik in dat kamertje als ik naar het ziekenhuis moest. Want ja, zo voelde het een beetje, ik moest er heen. Mijn moeder had verder geen familie, wij waren haar enige mensen. Natuurlijk waren er op dat moment nog wel vrienden, maar die mochten er op dat moment nog niet bij. De rest van de dag bestond eigenlijk voornamelijk van mensen op de hoogte brengen van wat er was gebeurd. Ik moest mijn werk gaan afbellen voor de zaterdag en dat vond ik eigenlijk nog het spannendst want ik had geen idee hoe mijn baas/ bazin zouden reageren. Ziekmelden vond ik altijd al een lastig ding, zelfs nu heb ik daar nog last van. Maar dit was natuurlijk geen ziekmelding…wat was het eigenlijk? Ik wist alleen dat ik niet kon gaan werken want mijn moeder was aan het vechten voor haar leven. Gelukkig werd er heel goed gereageerd (logisch ook, als je dat niet doet ben je echt een dwaas). Daarna wilde ik mijn beste vriendinnetje bellen. Normaal nam zij altijd haar telefoon op, nu dus niet. Wat bleek? Ze was aan het oppassen dus had gewoonweg even de tijd niet. Maar ik had haar wel een paar keer gebeld dus ze wist dat er iets was. Zij heeft sindsdien altijd haar telefoon opgenomen als ik bel want ze weet dat er dan wat aan de hand is. Als ik “gewoon” bel hoor ik aan haar stem als ze opneemt dat ze gelijk alert is haha (love you!). Toen ik haar het nieuws vertelde stond ze met een kind op haar arm, maar gelukkig kwamen de ouders er net aan. Zij kwam gelijk naar mij toe en ik weet nog dat we een broodje knakworst als avondeten hadden gemaakt. Mijn broer en ik hadden allebei nog steeds niet echt honger dus het smaakte ook niet echt weet ik nog. Mijn moeder kreeg het infarct van de nacht op donderdag op vrijdag en op vrijdagen zong ik altijd bij een jongerenkoor. Aangezien ik heel graag het ziekenhuis wilde ontwijken besloot ik om gewoon te gaan zingen. Ik had die avond ook een vergadering van het bestuur waar ik inzat en ook die wilde ik niet missen. Dus voordat de vergadering begon vertelde ik heel rustig wat er was gebeurd. Iedereen keek mij aan alsof ik gek was. “Wat doe jij in hemelsnaam hier?!” was de veel gehoorde opmerking. Mijn antwoord: “gewoon… zingen! Ik kan moeilijk de hele tijd aan haar bed zitten”. Ook voordat de repetitie begon ging ik voor het koor staan en vertelde ik heel kalm wat er aan de hand was. Een paar andere koorgenoten zag ik schrikken en een traantje wegpinken. Ik daarentegen? Ik deed alsof ik boodschappen had gedaan en even kort opsomde wat ik gekocht had. Maar dit beviel mij wel. Wat een mooi masker was dit! Zo kon niemand zien dat ik eigenlijk doodsbang was. Die rust die ik “uitstraalde” was top! Wat liet ik goed zien dat ik het allemaal wel aankon. Mensen vonden het knap van mij en gaven aan dat zij waarschijnlijk heel anders zouden reageren. Ik wilde gewoon niet laten zien dat ik het allemaal heel eng vond en dat ik eigenlijk super verdrietig was. Maar ik had natuurlijk ook nog steeds die hoop. Ik had gewoon het idee dat ze snel weer de oude zou zijn. Dus zolang ik maar mijn ding deed en gewoon liet zien dat ik het allemaal wel aankon werd mama wel weer helemaal de oude. Maar natuurlijk werd zij niet de oude… lees de volgende keer part 4.
door Daniëlle Ter Horst 07 aug., 2021
Ik voelde de drang om een part 3 te schrijven! Want sinds de publicatie van part 1 en 2 is er alweer veel gebeurd. De cliffhanger was dat ik een man had leren kennen via de welbekende datingapp Tinder. Hij wist van mijn verhaal en het leek of hij mij al kende voordat we hadden afgesproken. In part 1 vertelde ik over het feit dat als je iemand voor het eerst ziet en je gelijk dat gevoel hebt van wow! Dit zou het wel eens kunnen zijn! Nou, dat gebeurde nu dus ook. Maar weet je wat dan jammer is? Ik jynx het gelijk door mezelf wijs te maken dat hij waarschijnlijk toch niet blijft omdat dit de story of my life is. Of wat is het addertje onder het gras? Waar zitten zijn pijnpunten en wanneer gaat hij zeggen dat het allemaal veel te snel gaat? Irreële shit dus! Als je een beetje met manifesteren bezig bent dan zijn het denken en zeggen van dit soort dingen helemaal niet handig. Het universum denkt dan: U vraagt? Wij draaien! En ondanks dat ik om mij heen hoorde dat ik vertrouwen moest hebben (ik noem mezelf niet voor niets vertrouwen met Daan denk ik dan) vond ik dit toch heel erg lastig. De tijd die wij doorbrachten was hemels, ik voelde mij helemaal thuis bij hem. Ik gaf mij letterlijk over en durfde met hem zelfs al te praten over de toekomst ook al was het allemaal heel vers. Het voelde allemaal heel bijzonder! Ook hij vond dit en hij gaf mij het vertrouwen dat ik mezelf over kon geven. Toch merkte ik wel iets… ik vergat mezelf weer helemaal. De eerste weken van verliefdheid zijn natuurlijk fantastisch en je wil het liefst 24/7 bij elkaar zijn. Dat gebeurde dus ook deels. Niet dat we fysiek veel samen waren, maar we stonden continu met elkaar in verbinding ofwel via de app of via beeldbellen. Op dat moment vond ik dit helemaal geweldig en voelde mij super goed. In die tijd gebeurde er namelijk ook heel veel andere leuke dingen. Zo had ik horen gekregen dat ik mee mocht doen aan het tv-programma “Ik mis je”. Ik had mij ingeschreven voor een reiki cursus. Mijn instagram account ging echt super goed! Op mijn werk liep alles helemaal op rolletjes. Ik was superdruk met mijn nieuwe website en was allerlei plannen aan het maken voor mijn praktijk. Eigenlijk was alles helemaal in lijn met hoe ik mij voelde: gelukkig.
door Daniëlle Ter Horst 31 jul., 2021
Dit is een vervolg op deel 1. Na vele kamers te hebben gezien kwam er eindelijk een arts die ons vertelde wat er aan de hand was. Een grote bloedprop zat vast in de rechterkant van haar hersenen, oftewel, ze had een zware CVA (beroerte). Er waren eigenlijk 2 opties, of we deden niks en dan zou het gewoon afgelopen zijn (zo interpreteerde ik het overigens). Of ze zou een middel toegediend krijgen (soort bloedverdunners) die ervoor zou zorgen dat de prop zou slinken. Natuurlijk roep je gelijk dat je die optie wilt want dan komt je moeder weer terug! Maar de arts gaf aan dat daar wel risico’s aan verbonden zaten. Ze zou daardoor weer een hersenbloeding kunnen krijgen en in mijn moeders toestand was dit wel een groot risico. Als we dit zouden doen dan waren de komende 24 uur kritiek. Er zou dan nog van alles kunnen gebeuren. Toch kozen wij voor deze optie want niets doen sloeg helemaal nergens op. Je wil toch alles hebben geprobeerd. Ik was ook nog steeds in de overtuiging dat het allemaal wel goed zou komen en dat ik, bij wijze van, de week daarop gewoon weer met mijn moeder aan tafel zou zitten om te kletsen over degene die ik nu weer leuk vond. Even een korte samenvatting over hoe het CVA mijn moeder beïnvloede. Het bloedpropje zat in haar rechterhersenhelft. Dat betekent dat zij linkszijdig verlamd was en ja, ik vond dit ook heel erg gek. De dokter heeft mij dit een paar keer uit moeten leggen. Niet alleen was zij verlamd, maar ook haar karakter was veranderd. Dat hadden wij op dat moment niet heel erg door. We vonden haar wel wat kinderlijker maar dat zij echt een heel ander persoon werd was op dat moment nog niet heel erg aan de orde voor mijn gevoel. Je focust je ook meer op het lichamelijke omdat dit echt een beperking was wat je zag. Later kwamen er veel meer beperkingen bij, maar ze leerde ook weer heel veel. Hier kom ik op een later moment weer op terug. Wat overigens wel heel toevallig en gek was is dat ik op dat moment (op een blauwe maandag) de opleiding logopedie deed en daar hadden we een tentamen over de hersenen. Zonder te leren heb ik daar een 7 voor gehaald omdat het voor mij in de praktijk allemaal was gebeurd. Ik wist toen overigens al dat ik ging stoppen met de opleiding. Ik ging naar school voor afleiding, want jemig, wat heb ik dat veel gezocht in die tijd… Na het gesprek met de arts mochten we eindelijk naar haar toe. Ze lag op de ic dus ik had wel een vermoeden dat dit echt ernstig was. Nu ik ouder ben weet ik dondersgoed dat ze hartstikke ziek was en dat de kans dat ze zou komen te overlijden echt heel groot was. Maar als 17-jarige zie je dit gewoon niet. Mijn puberbrein kon dit helemaal niet aan en die kon dit helemaal niet bevatten. Niet alleen mijn puberbrein deed moeilijk, maar ook mijn eigen gevoel als dochter was gewoon eigenwijs en wilde het niet zien. Je doet alsof het allemaal wel meevalt. Die machines waar ze aanzat waren er toch allemaal maar om haar in de gaten te houden? Dit is allemaal puur ter preventie! Ik was het continu voor mezelf allemaal aan het downgraden zodat het allemaal wel meeviel. Toen wij aan haar bed stonden kon ze ook gewoon op ons reageren! En ze bewoog zelfs haar tenen! Dus het viel allemaal wel mee! Niks aan de hand! Maar ondertussen had ik wel een zenuwachtig gevoel in mijn buik en die negeerde ik keihard.
door Daniëlle Ter Horst 18 jul., 2021
Ik was 17 jaar toen mijn wereld ineens op zijn kop stond en ik mijn “echte” moeder verloor. Ik wil graag het verhaal delen vanuit mijn perspectief en hoe ik dit als rasechte puber heb ervaren. Het is een verhaal wat mij zelfs tot op de dag van vandaag aangrijpt. Ik heb mij nog nooit zo alleen gevoeld en bij de laatste lesdag van de opleiding verlies- en rouwtherapie werd nog eens bevestigd hoe erg ik eigenlijk iemand nodig had die zich over mij ontfermde. Je hebt al geen vader meer en je moeder is ineens ernstig ziek. Hoe ga je hiermee om als 17-jarige? Je fundering valt weg en eigenlijk ben je in één klap volwassen terwijl je dit eigenlijk nog helemaal niet aankunt. Maar laten we beginnen bij het begin… Het was midden in de nacht en ik werd wakker van een harde klap en van mijn broer die van zolder naar beneden rende. Nog half slaperig hoorde ik dat ik een ambulance moest bellen? Toen ik mijn slaapkamer uitkwam zag ik haar liggen op de badkamervloer, of nou ja liggen? Ze zat op handen en knieën en onder haar lag een plas bloed. Ik begreep er helemaal niks van maar ik schoot wel gelijk in paniek. Maar ik moest 112 bellen dus er was geen tijd voor paniek en ook niet voor mijn bel angst die ik had. Ik kreeg een vrouw aan de lijn die natuurlijk heel rustig bleef. Ik schreeuwde dat het niet goed ging met mama en dat er snel iemand moest komen. Zij stelde allerlei vragen en ik moest daar dus schijnbaar antwoord op geven, maar ja! Het was nog niet de tijd van het mobieltje dus ik zat met de vaste telefoon te bellen op mijn moeders slaapkamer. Dus al schreeuwend vroeg ik mijn broer van alles wat de vrouw wilde weten. Ik was zo in paniek dat ik niet echt kon focussen en het gekke is? Het leek alsof ik op dat moment een klap van iets of iemand in mijn gezicht kreeg zo van: Doe nou eens rustig! En dat werkte gek genoeg. Ik denk overigens nog steeds dat mijn vader hier iets mee te maken had, noem het zingeving, voor mij werkte het. De vrouw kon eigenlijk al heel snel niets meer voor mij doen dus werd mij gezegd dat ik de ambulance op moest wachten. Het cliché is waar, het duurt voor je gevoel echt een eeuwigheid dat hij er is. Natuurlijk was het maar 10 minuten, maar het voelde echt als uren. Er kwamen 2 ambulancebroeders met een brancard het huis in en liepen gelijk door naar boven. Ik liep te ijsberen van mijn slaapkamer naar de badkamer en omdat mijn broer mijn moeder ondersteunde was ik het aanspreekpunt. Mijn moeder riep ondertussen alleen maar dat ze naar bed wilde, dat was ook het enige wat ze riep. Ze ademde ook heel erg zwaar en ze had een hoofdwond. Dus ik dacht ze is uitgegleden, heeft nu die wond en misschien wel een hersenschudding. Eigenlijk hoop je op dat moment dat dat het is, maar stiekem wist ik wel dat dit echt niet goed was. 1 broeder kwam op mij af en ging het gesprek met mij aan. “Je moeder heeft waarschijnlijk een beroerte en we moeten heel snel naar het ziekenhuis om het te behandelen”. Ik weet nog dat ik reageerde met het feit dat alleen maar oude mensen dit toch kregen? En niet vrouwen van 52 jaar? Ik snapte er helemaal niks van en eigenlijk wist ik ook niet zo goed wat een beroerte nou precies was. Ik weet wel dat ik het doodeng vond en toen de broeder vroeg of ik meewilde in de ambulance was mijn antwoord heel duidelijk: NEE! Je zult net zien dat ze dan doodgaat terwijl ik naast haar zit. Ik had pure angst in mijn lijf want ik was als de dood (slechte woordspeling, I know) dat mijn moeder er straks niet meer zou zijn. Ik wilde heel graag met mijn broer mee in de auto naar het ziekenhuis toe.
Show More
Share by: