Blog Layout

Hoe overleef ik mijn moeders CVA (beroerte)? (part 3)

Daniëlle Ter Horst • okt. 02, 2021
Na een beroerde nacht werd ik wakker en het enige waar ik aan kon denken was dat wij naar oma moesten om te vertellen dat haar dochter doodziek is. Die ochtend zou mijn oma bouwvakkers in huis hebben dus zij was ook vroeg uit de veren. Wij besloten om het haar maar gelijk te vertellen want het leek ons goed dat zij zo snel mogelijk meeging naar het ziekenhuis. Eenmaal binnen snapte zij al niet zo goed waarom wij in hemelsnaam zo vroeg bij haar in huis stonden en ook nog met ons tweeën! Dit was iets wat normaal helemaal niet voorkwam want meestal was mama ook wel mee. We vroegen de bouwvakkers om ons even alleen te laten en oma om te gaan zitten. Mijn broer vertelde het nieuws en oma deed iets wat ze eigenlijk altijd deed als het moeilijk werd; ze reageerde niet. Dit was iets wat haar dochter, onze moeder, ook deed. Zodra het moeilijk wordt praten we gewoon niet, we lossen het wel op. Op dat moment kwam er een bouwvakker binnenlopen omdat hij daar echt even moest zijn. Oma stond op, liep naar hem toe, pakte hem bij de schouders en zei de volgende legendarische woorden: “Oooohhh mijn dochter heeft een zware hersenschudding”. Oftewel, ze begreep helemaal niet wat we hadden gezegd. Nu lachen we er om en toen stiekem ook wel een beetje. Maar we wisten dus dat ze het niet begreep en dat we haar maar mee moesten nemen naar het ziekenhuis. Heel eerlijk? Ik begreep er ook nog steeds heel weinig van. Ik had nog steeds het idee dat ik elk moment kon wakker worden uit een slechte nachtmerrie.

Eenmaal in het ziekenhuis was er eigenlijk niet zo heel veel veranderd. Mama lag er nog steeds hetzelfde bij en was nog steeds haar kinderachtige zelf. Ik merkte aan mezelf dat ik het eng vond om bij haar te zitten. Ik was bang dat er elk moment iets zou kunnen gebeuren en dat zij dood zou gaan waar ik bij was. Oma daarentegen was de rust zelve en bleef naast het bed van haar dochter zitten. Waar ging ik dan heen? Ik zat in de welbekende familiekamer. Een klein kamertje op de ic waar de familie kan zitten als iemand in kritieke toestand ligt. Dat kamertje werd mijn veilige haven, ook al was er zo’n hele irritante tikkende klok. De tv stond standaard aan en het enige wat ik nog weet is dat ik Goede tijden, slechte tijden keek. Dit was overigens een ding wat ik samen met mijn moeder deed. We keken dit elke avond samen dus ik was niet van plan om dit op te geven. Maar waarom deed je dit dan niet op haar kamer samen met haar?! Omdat ik echt heel bang was. Straks zou het mijn schuld zijn als zij kwam te overlijden en dat wilde ik echt niet op mijn geweten hebben. Nu ik zelf de opleiding tot verlies- en rouwtherapeut doe weet ik dat deze gevoelens heel normaal zijn en vooral voor een puber. Maar toentertijd waren mijn adrenaline levels sky high en ik wilde mij veilig voelen en dat deed ik in dat kamertje als ik naar het ziekenhuis moest. Want ja, zo voelde het een beetje, ik moest er heen. Mijn moeder had verder geen familie, wij waren haar enige mensen. Natuurlijk waren er op dat moment nog wel vrienden, maar die mochten er op dat moment nog niet bij.

De rest van de dag bestond eigenlijk voornamelijk van mensen op de hoogte brengen van wat er was gebeurd. Ik moest mijn werk gaan afbellen voor de zaterdag en dat vond ik eigenlijk nog het spannendst want ik had geen idee hoe mijn baas/ bazin zouden reageren. Ziekmelden vond ik altijd al een lastig ding, zelfs nu heb ik daar nog last van. Maar dit was natuurlijk geen ziekmelding…wat was het eigenlijk? Ik wist alleen dat ik niet kon gaan werken want mijn moeder was aan het vechten voor haar leven. Gelukkig werd er heel goed gereageerd (logisch ook, als je dat niet doet ben je echt een dwaas). Daarna wilde ik mijn beste vriendinnetje bellen. Normaal nam zij altijd haar telefoon op, nu dus niet. Wat bleek? Ze was aan het oppassen dus had gewoonweg even de tijd niet. Maar ik had haar wel een paar keer gebeld dus ze wist dat er iets was. Zij heeft sindsdien altijd haar telefoon opgenomen als ik bel want ze weet dat er dan wat aan de hand is. Als ik “gewoon” bel hoor ik aan haar stem als ze opneemt dat ze gelijk alert is haha (love you!). Toen ik haar het nieuws vertelde stond ze met een kind op haar arm, maar gelukkig kwamen de ouders er net aan. Zij kwam gelijk naar mij toe en ik weet nog dat we een broodje knakworst als avondeten hadden gemaakt. Mijn broer en ik hadden allebei nog steeds niet echt honger dus het smaakte ook niet echt weet ik nog.

Mijn moeder kreeg het infarct van de nacht op donderdag op vrijdag en op vrijdagen zong ik altijd bij een jongerenkoor. Aangezien ik heel graag het ziekenhuis wilde ontwijken besloot ik om gewoon te gaan zingen. Ik had die avond ook een vergadering van het bestuur waar ik inzat en ook die wilde ik niet missen. Dus voordat de vergadering begon vertelde ik heel rustig wat er was gebeurd. Iedereen keek mij aan alsof ik gek was. “Wat doe jij in hemelsnaam hier?!” was de veel gehoorde opmerking. Mijn antwoord: “gewoon… zingen! Ik kan moeilijk de hele tijd aan haar bed zitten”. Ook voordat de repetitie begon ging ik voor het koor staan en vertelde ik heel kalm wat er aan de hand was. Een paar andere koorgenoten zag ik schrikken en een traantje wegpinken. Ik daarentegen? Ik deed alsof ik boodschappen had gedaan en even kort opsomde wat ik gekocht had. Maar dit beviel mij wel. Wat een mooi masker was dit! Zo kon niemand zien dat ik eigenlijk doodsbang was. Die rust die ik “uitstraalde” was top! Wat liet ik goed zien dat ik het allemaal wel aankon. Mensen vonden het knap van mij en gaven aan dat zij waarschijnlijk heel anders zouden reageren. Ik wilde gewoon niet laten zien dat ik het allemaal heel eng vond en dat ik eigenlijk super verdrietig was. Maar ik had natuurlijk ook nog steeds die hoop. Ik had gewoon het idee dat ze snel weer de oude zou zijn. Dus zolang ik maar mijn ding deed en gewoon liet zien dat ik het allemaal wel aankon werd mama wel weer helemaal de oude.

Maar natuurlijk werd zij niet de oude… lees de volgende keer part 4.


Share by: